‘We zullen allemaal offers moeten brengen.’ In dezelfde krant stond, gisteren, dat de studenten een beurs mogen gaan aanvragen en dat de leraren alvast aangekondigd hebben dat ze na de vakantie weer gaan staken voor meer loon. Offers brengen, hahahaha, we hebben geen idee wat dat is.
De Gilead Jefta, 1 van de vele Richters, die bracht pas een offer. Te gruwelijk om hier te benoemen maar zoek het eens op. Een offer brengen, wij denken dan aan het inleveren van wat luxe. 1 keertje minder op vakantie of ipv uit eten een kant en klaar maaltijd van de appie. Zou klaasje dat bedoelen? Of weet hij meer.
Richteren is op zich saai. In vogelvlucht gaan honderden jaren voorbij waarin de Israëlieten zondigen, God straft, zij weer offers brengen en weer in genade worden aangenomen waarna het hele spel weer opnieuw begint. Ik ben de tel qua Richters kwijt, op 1 hand zijn ze niet meer te tellen. Als iemand roept dat God niet vergevingsgezind is dan moet tie Richteren lezen. Als ik God was had ik de moed allang opgegeven.
Maar dat heeft tie niet, nog steeds niet ondanks dat we al duizenden jaren zondigen. De meest simpele wetten zijn voor ons onmogelijk om te volgen. Afgelopen zondag haalde de dominee in de kerk het verhaal aan over een kameel en de naald. Dat het makkelijker is voor een kameel om door het oog van een naald te lopen dan voor een rijke om in de hemel te komen. Bron van Zijn, die ik ontmoet in wat mij ontroert. God zit in hele kleine ontmoetingen, in hele kleine waarnemingen, je moet Hem willen zien. En je moet een beetje geduld hebben, das wel makkelijk….